dinsdag 19 oktober 2010

De onversneden wijn der vrijheid

Het lijkt er niet best voor te staan met de democratie in Nederland. Het politieke landschap is gefragmenteerd. Schreeuwerige populisten voeren steeds meer de boventoon. Een belangrijk deel van de bevolking voelt zich vervreemd van de politiek. Ed van Thijn heeft de huidige situatie van Nederland wel vergeleken met die van de Weimarrepubliek. Van Thijn: “Er zijn historische voorbeelden te noemen van democratieën die zichzelf opblazen zoals de Weimarrepubliek. Daar stemden de coalities op vleugelpartijen, waardoor er geen coalities meer te vormen waren. Daar was ik altijd bang voor en het is zuur dat het nu werkelijkheid dreigt te worden.”
Van Thijn lijkt gelijk te krijgen. Ook in ons land is er nog nauwelijks een coalitie te vormen. Het heeft er alle schijn van dat we een uiterst wankel kabinet krijgen dat in de kamer slechts kan rekenen op de kleinst mogelijke meerderheid. De overlevingskansen van het kabinet Rutte-Verhagen lijken uiterst gering. Het CDA was, wat je verder van het CDA moge vinden, een stabiele factor in het centrum van de Nederlandse politiek. Het CDA is thans geïmplodeerd. Imploderende sterren laten zwarte gaten achter. Het CDA heeft een groot zwart gat achtergelaten in het centrum van de politiek. Er is op dit moment geen enkele partij die de rol van middenpartij van het CDA zou kunnen overnemen. Alle grote partijen zijn al een aantal verkiezingen op rij aan het slinken. Alleen dat al maakt het moeilijk om een voldoende kritische massa te komen om een stabiel centrum te komen. De politieke agenda wordt niet meer bepaald door het centrum, maar door een schreeuwerige minderheid van populisten op de extreem-rechtse flank van de politiek. Eerder had het electoraat zijn heil gezocht op de linkerklank bij de niet minder populistische SP. Het land lijkt onbestuurbaar te worden. Een machtsvacuüm kan nooit lang voort blijven bestaan.Vroeg of laat zal dit vacuüm gevuld worden door tirannen en dictators. Dat heeft de geschiedenis ons wel geleerd. Er moet dus iets gebeuren.
Onze democratie is ziek. Voor dat we de patiënt gaan behandelen, moeten we eerst de diagnose stellen. Een aantal symptomen hebben we al genoemd. We moeten nu vaststellen wat de oorzaken zijn en hoe we het ziektebeeld het beste kunnen omschrijven. Laten we ons eerst afvragen of ons probleem een specifiek Nederlands probleem is. Dat lijkt niet het geval te zijn. Het lijkt erop dat de hele Westerse wereld in min of meerdere mate met dezelfde soort problemen te kampen heeft. Dat zou er op kunnen wijzen dat de ziekte heel ernstig is en dat de rot tot in de diepste wortels van onze beschaving zit. Misschien is een genezing niet meer mogelijk en staan we aan de vooravond van wat Oswald Spengler de ondergang van het Avondland noemde.
Beschaving is meer dan democratie. Wanneer onze hele beschaving ziek is, dan zou het kunnen dat de democratie zelf de oorzaak is van het probleem. Dat zou in ieder geval de analyse zijn van filosofen als Plato en Aristoteles. Democratie heeft de neiging om te ontaarden en te vervallen in tirannie. Volgens Plato zal 'de onverzadelijke begeerte naar wat de democratie als hààr goed beschouwt, […] eveneens haar ondergang bewerken.' Dat hoogste goed is de vrijheid. Door de onverzadelijke behoefte en de verwaarlozing van de rest, zou de democratie vanzelf in een dictatuur ontaarden. Leiders die niets en onderdanen die alles te zeggen hebben; dat is de formule van de democratie. Plato voorzag een ondermijning van het gezag. We willen alle vrijheid an dulden geen enkele inperking van die vrijheid. We zwelgen, volgens Plato, aan de onversneden wijn der vrijheid.
Autoriteiten zouden geen erkenning meer krijgen. We zien dat wetenschappers bijvoorbeeld nog maar weinig gezag hebben in onze samenleving. We zagen het in discussies omtrent de vaccinatie tegen de Mexicaanse griep en de discussies omtrent het broeikaseffect. Een willekeurige weblog van een huisvrouw heeft voor veel burgers net zo veel gezag als een gedegen wetenschappelijk rapport. Plato voorzag ook onze huidige cultus van de jeugd;

Jonge snuiters staan helemaal op gelijke voet met bejaarde mensen en nemen het tegen hen op in woord en daad. En de oude mensen passen zich aan bij de jeugd en putten zich uit in grapjes en scherts. Om toch maar niet de indruk van kniezerigheid en bazigheid te verwekken, gaan ook zij de jeugd na-apen.

De mensen raken lichtgeraakt. 'Iemand hoeft ze maar een schijn van dwang proberen op te leggen, en ze gaan aan het gisten.' Dit is een heel herkenbaar beeld in deze tijd waarin we lijden onder de dictatuur van de opgestoken middelvinger. Teveel vrijheid leidt tot ondermijning van diezelfde vrijheid. Volgens Plato ontstaat de democratie als de armen in opstand komen tegen de rijken en de macht overnemen. De volksmassa is niet toegerust om de verantwoordelijkheid van de macht te dragen. Een dergelijke samenleving moet dus wel ontsporen. Ik geloof niet dat deze analyse juist is.
De onlangs overleden Tony Judt maakt een andere analyse. De crisis in onze beschaving en democratie komt volgens hem door de afbrak van de verzorgingsstaat die sinds de jaren zeventig aan de gang is. Daardoor zouden het fatsoen en het vertrouwen in de samenleving verdwijnen. De solidariteit is uit onze samenleving verdwenen. In een samenleving waar we worden beschouwd als egoïstische individuen zullen we ons ook als zodanig gedragen. Het uiteindelijke resultaat lijkt sterk op het beeld dat Plato schetst. De oorzaak is bij Judt een andere. Het lijkt er op dat Marx gelijk had en er een klassenstrijd heeft plaatsgevonden. De rijken hebben hem gewonnen. Of Judt helemaal gelijk heeft weet ik niet, maar hij wijst zeker op een paar zeer wezenlijke problemen.
We hebben nu twee diagnoses die allebei verschillende oorzaken van de ziekte van onze democratie en beschaving vaststellen. Maakt dat nog een verschil uit voor de behandeling? Daar lijkt het wel op. Plato schrijft een paardenmiddel voor. Hij wil de democratie afschaffen en de staat laten leiden door koning-filosofen. Op deze wijze zou de beschaving gered kunnen worden. Het lijkt mij dat de patiënt aan de behandeling zou overlijden.
Judt lijkt niet echt goed te weten hoe de patiënt behandelt moet worden. We moeten van hem bozer zijn over wat we hebben verloren en het sociaal-democratische vertoog gebruiken als tegenwicht tegen het neo-liberalisme. Het is de vraag of dat zal helpen. Is de verzorgingsstaat nog wel te redden in een geglobaliseerde economie?
Het verhaal van Judt kan ook niet het hele verhaal zijn. De deplorabele toestand van onze beschaving en onze democratie kan niet allen te wijten zijn aan de afbraak van de verzorgingsstaat. Het gebrek aan solidariteit ging vooraf aan de afbraak van de verzorgingsstaat. De burger heeft vanaf het tijdperk van Reagan en Thatcher een duidelijke keuze gemaakt voor deze afbraak. Plato lijkt toch meer gelijk te krijgen dan Judt. De onversneden wijn der vrijheid heeft ons dronken gemaakt. Nu zitten we met de kater.

Geen opmerkingen: