maandag 19 mei 2008

Cnossen heeft gesproken, het rapport is uit.

Jan Mulder Volkskrant

Cnossen is voorzitter van de adviescommissie van de ChristenUnie die vandaag ‘geen duidelijk ja of nee’ heeft geadviseerd ten aanzien van de vraag of ‘praktiserende homoseksuelen’ binnen de ChristenUnie een politieke functie mag bekleden.

CU-homo’s die wethouder willen worden, moeten ‘geloofwaardig de standpunten van de CU kunnen uitleggen, dus ook het feit dat de ChristenUnie het homohuwelijk afwijst’.

Een opgeluchte partijleider André Rouvoet toonde zich zeer ingenomen met het geen duidelijk ja of nee van zielsverwant Cnossen.

Ik las het rapport. Curieuze benadering van het probleem. Had het advies niet gegeven moeten worden over CU-wethouders die weigeren (‘gewetensbezwaard’) homo’s in de echt te verbinden, in plaats van de aandacht te vestigen op de arme CU-homo die wethouder wil worden?

Het gaat toch om de discriminatie van homoseksuele mensen die willen trouwen en niet om het versteende gedachtegoed van de ChristenUnie en de bijbehorende worsteling van het homoseksuele lid?


Het afwijzende standpunt van de ChristenUnie inzake het homohuwelijk komt neer op haatzaaien
Dat mag niet, hoor, is hier ten strengste verboden. Je krijgt het geheid aan de stok met Donner en Hirsch Ballin als je het toch doet.

Zou er niet een commissie moeten komen die zich buigt over de vraag of de ChristenUnie wel zo’n pijnlijke commissie in het leven mag roepen? En daarna een commissie die onderzoekt of een openlijk discriminerende organisatie als de ChristenUnie in het politieke bestel past, plus een subcommissie die kijkt of een verbod van de CU tot de mogelijkheden behoort?

En daarna misschien nog een commissie die probeert vast te stellen of iedereen die lid is van de illegale ChristenUnie wettelijk door tien agenten van het bed mag worden gelicht met de woorden ‘eindelijk hebben we je!’?


De woorden van Mulder zijn mij uit het hart gegrepen.

Geen opmerkingen: